Terug naar de samenleving: een leven na detentie

Hoe ziet het leven van mensen die vrijkomen uit de gevangenis eruit? Waar lopen ze tegenaan om terug een plek te vinden in de samenleving? Hoe moeilijk is het om je leven weer op te bouwen nadat je vrijkomt uit de gevangenis? Wat voor ondersteuning hebben ze hierbij nodig?

Terug naar de samenleving, een leven na detentie biedt unieke inzichten over de beleving van mensen die de gevangenis verlaten. Dit boek brengt een verslag van een participatief actieonderzoek naar een praktijk waar buddy’s aangestuurd door professionele sociaal werkers een verschil maken voor mensen na detentie. Het boek belicht de werkzame principes van de buddypraktijk en de kritische randvoorwaarden waaraan een buddyproject moet voldoen om kwalitatieve ondersteuning te kunnen bieden aan mensen. Het boek is een aanrader voor praktijkwerkers en beleidmakers die aan de slag willen met mensen na detentie.

Nico

Nico zit voor de derde keer in de gevangenis van Antwerpen. Als hij met zijn trajectbegeleider Tine samenzit, zegt hij dat hij deze keer zijn lesje wel geleerd heeft. Nu gaat het allemaal wel lukken. De VDAB-consulent heeft hem gezegd wat hij moet doen als hij vrij is; hij kan terecht op een appartementje bij een vriend … Tine heeft genoeg ervaring en laat het daar niet bij. Ze vraagt door.

“Stel dat je morgenavond vrijkomt, wat doe je dan?”

“Ah”, zegt Nico, “dan bel ik naar mijn vriend Ronny en vraag ik of hij me komt oppikken.”

“OK”, zegt Tine. “Heb je zijn gsm-nummer?”

“Ja, die zit in mijn gsm. Die krijg ik terug als ik vrijkom.”

“Ga je hem pas bellen als je op straat staat? Wat als je hem niet kan bereiken?”

Nico is wat geschrokken door haar vragen, maar zegt: “Euh, ik zal hem wel kunnen bereiken. Ronny is altijd bereikbaar.”

Tine laat dit onderwerp rusten en begint over werk en inkomen.

“Dus, je stapt naar de VDAB als je vrijkomt. Wanneer ga je dat doen? De dag nadien?”

“Ja, zo snel mogelijk, hé”, zegt Nico.

Tine vraagt hem waar hij ondertussen van gaat leven? Heeft hij nog geld? Opnieuw schrikt Nico en hij zegt dat hij wel wat geld zal lenen van Ronny. Tine zegt dat Ronny precies wel een goede vriend is, aangezien hij dat allemaal voor Nico wil doen. Maar als ze vraagt of Ronny op bezoek is gekomen tijdens zijn opsluiting, wordt het stil. Het lijkt alsof hij plots beseft dat het wel eens anders zou kunnen lopen dan hij nu in zijn hoofd heeft.

Tine wil hem natuurlijk niet ontmoedigen. Maar ze heeft het al zo vaak zien gebeuren: mensen vertrekken vol grote plannen en vol goede intenties naar buiten. Helaas loopt het daarna heel vaak mis. Tine vertelt aan Nico dat er een project bestaat waarbij vrijwilligers hem kunnen ondersteunen. En of hij interesse heeft! Voor het geval dat het toch moeilijker loopt dan verwacht.

Nico wil er wat meer over horen. Een week later heeft hij een gesprek met Ilse, de projectmedewerker, die hem alles nog eens uitlegt. Ze vraagt hem welke ondersteuning hij nodig denkt te hebben. Nico, die duidelijk verder nagedacht heeft na het gesprek met Tine, antwoordt dat hij tijdelijk bij een vriend terechtkan, maar dat hij daar niet zal kunnen blijven en hij dus een appartement zal moeten zoeken. Hij weet niet goed hoe hij daaraan moet beginnen. Bovendien heeft hij geen inkomen, en dus geen geld om huur te betalen.

Ilse geeft hem een kaartje met haar contactgegevens. Ze vraagt ook naar zijn gsm-nummer en het adres waar hij zal wonen (maar dat kent hij niet). Er wordt afgesproken dat hij haar contacteert wanneer hij vrijkomt. Als zij niets van hem hoort binnen de week na de invrijheidstelling, dan zal zij hem zelf contacteren om, indien hij dat wil, een buddytraject op te starten. Nico ziet dat wel zitten.

 

Voorwoord: een bochtig parcours…

Dit boek is het resultaat van een bochtig parcours. Een parcours waarin onderzoekers samen met ervaringsdeskundigen, sociaal werkers en beleidsmedewerkers een participatief actieonderzoek uitvoeren dat gericht is op de ondersteuning van mensen na detentie. Een parcours dat resulteert in praktijkontwikkeling en tegelijkertijd in academische publicaties. Maar het is ook een parcours dat wordt gekenmerkt door een moeilijke zoektocht naar financiële middelen, wat bijna inherent is aan de inspanningen van wie iets wil veranderen in het terrein.

We schrijven 2014. Van een buddywerking is er nog geen sprake. Wel leeft het urgente gevoel bij enkele praktijk- en beleidsmedewerkers na het afronden van een behoefteonderzoek (Brosens et al., 2013) dat er dringend praktijken nodig zijn om mensen na detentie ondersteuning te bieden om hen volwaardig te laten participeren aan de samenleving.

Vanaf januari 2016 start de zoektocht naar financiering en worden de eerste voorzichtige stappen gezet in een intensieve samenwerking tussen onderzoekers van de Universiteit Antwerpen, een sociaal werker (als projectmedewerker), de teamcoördinator van de dienst Justitieel Welzijnswerk van het CAW Antwerpen en de beleidscoördinator van de Vlaamse overheid. De eerste beslissingen zijn, achteraf gezien, bepalend geweest voor het boeiende traject van Brug Binnen Buiten. Er is namelijk een grote consensus om de praktijk te laten ontwikkelen vanuit een wetenschappelijke onderbouwing en de leefwereld van de mensen. Dit boek focust op een wetenschappelijk onderbouwde ontwikkeling van sociaalwerkpraktijken, maar ook op het zichtbaar maken van de leefwereld van mensen na detentie. Ons actieonderzoek biedt unieke inzichten in de vaak weerbarstige en onvoorspelbare realiteit waarmee mensen na detentie worden geconfronteerd.

De eerste stappen in het actieonderzoek zijn gericht op het bevragen van een selecte groep van mensen over hun verwachtingen, noden en uitdagingen bij het vrijkomen uit de gevangenis. Parallel met dit onderzoek worden samen met de onderzoeker en sociaal werker vrijwilligers gezocht, vormingen gegeven en de eerste stappen gezet in het begeleiden van mensen na detentie. De toenmalige minister van Welzijn, Jo Vandeurzen, geeft in zijn voorwoord van het eerste rapport de kern weer van dit project. Hij benadrukt het belang van complementariteit tussen vrijwilliger en professional. Het is een verhaal dat volgens hem “meer mogelijkheden biedt aan ex-gedetineerden om na detentie een goed pad te vinden en een nieuw leven te beginnen” (Van Dam & Raeymaeckers, 2017; 2019).

De publicatie van het eerste rapport gaat in 2017 gepaard met heel wat persbelangstelling. De persconferentie wordt belegd in een (te) klein zaaltje op het Hof van Liere van de Universiteit Antwerpen. Ook hier wordt aandacht besteed aan de stem van onderzoekers en ervaringsdeskundigen. Het wordt even stil bij de pers als de ervaringsdeskundige vertelt dat de vrijwillige inzet van buddy’s voor hem een signaal is dat de samenleving het waard vindt om “zelfs voor mensen zoals hij” inspanningen en zorg te leveren. Het rapport zwengelt het publieke debat verder aan met artikels in kranten, een interview in dialoog met de minister en een druk bijgewoonde studiedag.

In de jaren daarna wordt de Antwerpse praktijk verder uitgebouwd en geprofessionaliseerd. Er worden meerdere buddy’s aangetrokken. Het aantal begeleidingen steeg. Belangrijk is het moment waarop we vanuit een filantropische organisatie extra (tijdelijke) middelen krijgen om niet enkel een bijkomende projectwerker in Antwerpen aan te werven, maar om ook in Turnhout een ‘Brug Binnen Buiten’-praktijk op te richten. Die extra middelen worden ook aangewend om vanuit het wetenschappelijke onderzoek de vinger aan de pols te houden van de evoluerende praktijk. Dat deelonderzoek wil de rol van de professional verfijnen en werkzame principes en organisatorische randvoorwaarden identificeren.

Het resultaat van dit vele en harde onderzoekswerk vind je in dit boek. Een speciale dank gaat uit naar het team dat ons vanaf het begin heeft ondersteund. We danken in het bijzonder Inge Vandeurzen en Sabine Van de Velde. Hun vastberadenheid om met dit project verder te gaan is bewonderenswaardig. Veel dank ook aan Ilse Ielegems, de projectmedewerker van het eerste uur. Haar inzichten en feedback waren cruciaal om het professionele perspectief een volwaardige plek te geven in onze resultaten. Daarnaast wensen we ook Nick Van de Mierop van JWW Turnhout te bedanken voor zijn kritische inbreng en steun bij de verdere uitbouw van dit project. Ten slotte willen we ook benadrukken hoezeer we de openheid en inzet van alle betrokken praktijkwerkers waarderen. De nauwe samenwerking met mensen uit de praktijk is een belangrijke meerwaarde voor ons als onderzoekers.

Hopelijk zetten de inzichten aan tot actie. De uitdagingen zijn groot.

Er ligt veel werk op de plank. De weg is nog lang …

Prof. dr. Peter Raeymaeckers
CRESC
(Centre for research on environmental and social change)
Master sociaal werk
Departement Sociologie
Faculteit Sociale Wetenschappen
Universiteit Antwerpen